In Israël worden vaak heel bijzondere dingen in de grond gevonden. Het zijn voorwerpen uit de tijd van de Bijbel die laten zien dat de Bijbelverhalen echt gebeurd zijn. Ook nu is er weer iets bijzonders gevonden, namelijk een zegel van 2600 jaar oud met daarop geschreven: ‘behoort aan Nathan-Melech, dienaar van de Koning.’
Nathan-Melech komt voor in de Bijbel. In 2 Koningen 23:11 lezen we: ‘Hij haalde de paarden weg die de koningen van Juda aan de zon gewijd hadden, van de ingang van het huis van de HEERE tot de kamer van Nathan-Melech, de hoveling, die zich in de bijgebouwen bevond; en de zonnewagens verbrandde hij met vuur.’ Nathan-Melech was dus een knecht van de koning.
Op het zegel en in de Bijbel wordt alleen de voornaam van Nathan genoemd, niet zijn familienaam. Dit is waarschijnlijk omdat iedereen Nathan kende en het dus niet nodig was zijn achternaam te noemen.
Het zegel werd gevonden in een gebouw dat werd vernietigd in de zesde eeuw voor Christus. Waarschijnlijk waren het de Babyloniërs die het gebouw vernietigden. Het Babylonische volk leefde van ongeveer 1800 tot 500 voor Christus. In de Bijbel kun je lezen dat deze Babyloniërs het volk Israël wegvoerden naar Babel. Bekende Bijbelverhalen die zich afspelen in Babel zijn de Bijbelverhalen over Daniël.